TEKSTEN - De Paashaas

 

Muziek: Wim Govaerts

Tekst: Luc Verleure, Wim Govaerts, Alain Lauwers (2004)

 

VERSE 1
In december oep nek ouwe nacht,

’t is na een jaar of vijf veurbij
Oorde ik thuis nen oep kabaal,

’t was zo rond een uur of drij
‘k sloop hiel stillekes uit mijn bed,

oep kemalhare sloeffen
Al mijn moed bijeen geschaard,

da’s nog ni veur te stoeffen

VERSE 2
Hiel veurzichtig naar beneijen,

den trap was just gemaakt
Dus ni trappe oep diejen twieden tré,

oemdat dieje nog wa kraakt
Gewapend met een koekepan,

lag ik oep de loer
Den eersten dief die zou passeren,

timmer ik deur de vloer

VERSE 3
Ne kleine zwarte krollekop,

passeerde oep zijn sokken
Ik docht dat is hier de moment,

zijn vonnis wier voltrokken
Met ene grote flinke klop,

sloeg hem oep zijn blaas
Den tweede stakket licht rap aan,

dju, ’t was Sinterklaas

VERSE 4
A zei gij zè wel ne knappe,

mijne knecht lij in de prak
Wie gotter hier na sleuren,

met dieje grote zware zak
Zijt astemblief toch wa verzichtig,

ik heb mor ene piet
As anders al zo schichtig,

en gij klopt hem kirrewiet

VERSE 5
Ik zei ge mut mij excuseren,

beste brave vriend
Mor zoe ’s avonds in den donkere,

zijne kik een bitteke blind
Eerlijk toegegeven,

oewe maat is naar de maan
Oewe piet da’s heel wat anders,

daar kome kik ni aan
VERSE 6
We sleurde met zijn twieje,

zwarte piet tot in’t salon
Ik heb ne zak met ijs gelij,

al oep zijnen ballon
We zijn derbij gaan zitten,

kheb een borrel getrakteerd
En zo na een fles of zeven,

was dieje piet gerestaureerd

VERSE 7
De heilige man dieje stroempelde,

nor mijnen open heerd
A zei kzal is oep’t dak gon zien,

daar boven nor mijn peerd
We maken da ‘w hier weg zijn,

’t is buiten na nog stil
En eigelijk wel wa lastig,

oep ne schimmel in de fil

VERSE 8
Zwarte piet was al bekome

van diejen boebbel oep zijn krent
Hij trakteerde met drij kussen,

en ne spikkelaase vent
Z’ Hebbe eigelijk wel wa chance g’had,

zwarte piet en sinterklaas
In mijnen hof staan al twieje kreuskes,

van de karstman en de paashaas